Het is heel goed om te weten hoe een noot heet, maar vaak is het nog handiger om te weten of noten omhoog gaan, of omlaag.
Hier zie je een paar voorbeelden van noten die omhoog of omlaag gaan
In dit plaatje zie je alle noten die je tot nu toe geleerd hebt. Je ziet de noten die binnen de notenbalk passen, en de drie noten die een hulplijntje nodig hebben. De hoge B staat zelfs boven het hulplijntje.
Bij de liedjes van het eerste level heb je geleerd dat je eerst moet begrijpen wat er staat. Met notenliedjes gaat het precies zo! Het is heel moeilijk om een heleboel losse noten te onthouden.
In Pimba speel je de liedjes op je gehoor en gevoel. Meestal speel je dan automatisch het goede ritme.
In het eerste level heb je geleerd dat het vaak handig is om uit te gaan van een groepje van 5 toetsen naast elkaar, zodat je voor elke toets een aparte vinger hebt. Maar soms heb je een extra toets nodig. Dat kun je op verschillende manieren doen.
Veel woorden in de muziek komen uit het oude Italië. Dat geldt ook voor het woord ‘oktaaf’. Sommige mensen schrijven octaaf met een c, maar Pimba schrijft het met een k.
Het toetsenbord van een piano en keyboard ziet er hetzelfde uit, maar een keyboard is meestal wel wat kleiner. Meestal gaan de toeten op een piano wat zwaarder, en op een keyboard wat lichter.
Om het het Spelletje te kunt spelen moet je eerst een naam kiezen. Dat kan je eigen naam zijn, maar je mag ook iets heel anders verzinnen.